BNB 1992/335
HR, 02-09-1992, nr. 28 096
HR 02-09-1992, ECLI:NL:HR:1992:ZC5049
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
2 september 1992
- Magistraten
Jansen; Linde, Van Der; Bellaart; Korthals Altes; Jansen
- Zaaknummer
28 096
- LJN
ZC5049
- Vakgebied(en)
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1992:ZC5049, Uitspraak, Hoge Raad, 02‑09‑1992
- Wetingang
(Art. 22 AWR jo. art. 6, derde lid letter a, EVRM; art. 17a Wet ARB; art. 6, eerste lid, EVRM)
Samenvatting
Geen verplichting voor inspecteur om hoogte van opgelegde boete aanstonds te motiveren. Hof geeft schriftelijke uitspraak na aankondiging van mondelinge uitspraak. Geen overschrijding van redelijke termijn
HR: van het verzuim om na aankondiging van een mondelinge uitspraak niet een zodanige, doch - na mededeling voor de daartoe bepaalde uitspraakdatum - een schriftelijke uitspraak te geven, kan niet worden gezegd dat dit van zodanig gewicht is dat belanghebbende bij vernietiging op die grond van de in cassatie bestreden uitspraak een in rechte te eerbiedigen belang zou hebben.
Art. 6, derde lid letter a, EVRM brengt mede dat de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.