HR, 03-02-1960, nr. 14 174

Het verlijden van een akte als bedoeld in art. 25 Wet op Stichtingen strekt niet tot het (met terugwerkende kracht) verkrijgen van de status van stichting.

Beroep op Vrijstellingsbeschikking Venn.bel. in mondelinge behandeling voor het Hof gedaan, nadat belangh. in beroepschrift te kennen had gegeven dat de vraag of zij zich op die beschikking zou kunnen beroepen haar niet regardeert. Hof acht inspecteur door dit beroep in zijn redelijke belangen geschaad; op deze grond kon het Hof het beroep buiten behandeling laten, ook al had belanghebbende zich aanvankelijk in reclame wel op de Vrijstellingsbeschikking beroepen.