BNB 1995/60
HR, 09-11-1994, nr. 29 448
HR 09-11-1994, ECLI:NL:HR:1994:AA2983, m.nt. G. Slot
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
9 november 1994
- Magistraten
Jansen, R.J.J.; Linde, van der; Bellaart; Moor, de; Putt-Lauwers, van der
- Zaaknummer
29 448
- Noot
G. Slot
- LJN
AA2983
- JCDI
JCDI:ADS887323:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Inkomstenbelasting / Algemeen
Vennootschapsbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1994:AA2983, Uitspraak, Hoge Raad, 09‑11‑1994
- Wetingang
Art. 8, eerste lid, Wet Vpb. 1969 jo. art. 9 Wet IB 1964
Samenvatting
Stamrechtverplichting van BV. Verdeling van jaarlast volgens lineaire methode niet toegestaan
Belanghebbende, een BV, is tegen ontvangst van een koopsom een stamrechtverplichting aangegaan. Als actuarieel kapitaal, benodigd voor de toekomstige uitkeringen, heeft belanghebbende een bedrag aangehouden dat onder meer is berekend naar 6% samengestelde interest over de koopsom.
HR: de door belanghebbende primair voorgestane lineaire methode ter verdeling van de jaarlast is in strijd met goed koopmansgebruik. De door belanghebbende aangegane verplichting is immers op één lijn te stellen met een schuld tegen samengestelde interest. Een dergelijke schuld kan in het passief van de balans telkenjare slechts met ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.