FED 1990/779
HR, 03-10-1990, nr. 26 498
HR 03-10-1990, ECLI:NL:HR:1990:ZC4401
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
3 oktober 1990
- Magistraten
Jansen; Linde, Van Der; Baardman; Bellaart; Korthals Altes
- Zaaknummer
26 498
- LJN
ZC4401
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Omzetbelasting / Algemeen
Fiscaal procesrecht / Algemeen
Accijns en verbruiksbelastingen / Accijns
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1990:ZC4401, Uitspraak, Hoge Raad, 03‑10‑1990
- Wetingang
Uitspraak
Belanghebbende, X BV, exploiteert een distributiecentrum van in het buitenland vervaardigde goederen. De door haar ingevoerde goederen slaat zij op in een magazijn dat wordt aangemerkt als een fictief douane-entrepot in de zin van art. 31 vierde lid AWDA. X BV is verplicht maandelijks aangifte te doen van alle goederen die in de loop van de voorafgaande maand zijn uitgeslagen. Over geconstateerde vermissen is X BV belasting verschuldigd, tenzij komt vast te staan dat de vermissen als redelijk aantoonbare verliezen kunnen worden aangemerkt of dat de goederen hun bestemming hebben gevolgd of dat zij zijn teloorgegaan. In geschil is ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.