BNB 2006/243
Verdedigingsbeginsel. Belanghebbende moet zich kunnen verweren tegen verwijt dat hij niet de vereiste aangifte heeft gedaan
HR 13-01-2006, ECLI:NL:HR:2006:AU9524, m.nt. J.W. Zwemmer
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
13 januari 2006
- Magistraten
Putt-Lauwers, van der; Lourens; Bavinck; Berge, van den; Punt
- Zaaknummer
41 679
- Noot
J.W. Zwemmer
- LJN
AU9524
- JCDI
JCDI:ADS889155:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2006:AU9524, Uitspraak, Hoge Raad, 13‑01‑2006
- Wetingang
Awb, algemeen; art. 28b en art. 29, tweede lid, AWR
Essentie
Verdedigingscommit; beginsel. Belanghebbende moet zich kunnen verweren tegen verwijt dat hij niet de vereiste aangifte heeft gedaan
Samenvatting
Onder de door de griffier van het Hof aan de Hoge Raad toegezonden stukken bevindt zich niet de door belanghebbende ter zitting van het Hof overgelegde pleitnota. Op een nader verzoek aan de griffier van het Hof is dat stuk ook niet alsnog ingezonden. De Hoge Raad kan daarom niet beoordelen of het Hof terecht geen aanleiding heeft gezien belanghebbende méér mogelijkheden te bieden om zijn zaak te bepleiten dan hem na de weigering door het Hof om de zitting ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.