BNB 1990/126
HR, 07-03-1990, nr. 26 575
HR 07-03-1990, ECLI:NL:HR:1990:ZC4247, m.nt. G.J. van Leijenhorst
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
7 maart 1990
- Magistraten
Dijk, Van; Mijnssen; Wildeboer; Urlings; Zuurmond
- Zaaknummer
26 575
- Noot
G.J. van Leijenhorst
- LJN
ZC4247
- JCDI
JCDI:ADS886743:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal procesrecht / Algemeen
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1990:ZC4247, Uitspraak, Hoge Raad, 07‑03‑1990
- Wetingang
(Art. 23 AWR)
Samenvatting
Brief ten onrechte niet als bezwaarschrift aangemerkt
Een bij het aanslagbiljet inkomstenbelasting gevoegde kennisgeving (formulier IB 24) houdt in dat in afwijking van de aangifte f 35 017 in aanmerking wordt genomen als (meer) genoten brutoloon c.q. uitkering. Belanghebbende schreef vervolgens aan de Inspecteur dat hij, alvorens daadwerkelijk bezwaren in te dienen tegen de opgelegde aanslagen, gaarne een onderhoud zou willen hebben inzake het niet kunnen brengen van het bedrag van f 35 017 onder ,,smartegeld immateriele schade''.
HR: in het licht van voormelde kennisgeving kan belanghebbendes brief niet anders worden opgevat dan dat hij daarmede aan de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.