Inhoudsopgave
WFR 1990/1624:De rechtsgang bij de woonplaatsverklaring
WFR 1990/1624
De rechtsgang bij de woonplaatsverklaring
Documentgegevens:
Mr. drs. R.P.C.W.M. Brandsma (Belastinginspecteur te Den Haag en universitair docent te Leiden.), datum 01-01-1990
- Datum
01-01-1990
- Auteur
Mr. drs. R.P.C.W.M. Brandsma (Belastinginspecteur te Den Haag en universitair docent te Leiden.)
- JCDI
JCDI:ADS774553:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Fiscaal bestuursrecht / Algemeen
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
1 Inleiding
Volgens de memorie van toelichting bij de Wet Beroep administratieve beschikkingen (hierna te noemen: Wet BAB) (De Wet BAB was de voorloper van de Wet Arob.) is in de belastingwetgeving met zorg overwogen voor welke beschikkingen een beroepsmogelijkheid gewenst is en voor welke niet. Deze overweging is bij de totstandkoming van de Wet Administratieve rechtspraak overheidsbeschikkingen (hierna te noemen: Wet Arob) ongewijzigd overgenomen en heeft geleid tot art. 5, onderdeel m, Wet Arob waardoor beschikkingen, gegeven op grond van een wettelijk voorschrift inzake belastingen, uitgesloten worden van de in de Wet Arob genoemde voorzieningen.
Een woonplaatsverklaring (Dit ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.