FED 1983/4130
De sanctie van art. 29 AWR treedt niet in wanneer de onvolkomenheden in de administratie van zo weinig gewicht zijn, dat door die onvolkomenheden vorenbedoelde sanctie niet gerechtvaardigd is. Het geschil betreft de naheffingsaanslag o.b. 1975 t/m 1977.
HR 15-06-1983, ECLI:NL:PHR:1983:AW8860, m.nt. W.P. van Sikkelerus
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
15 juni 1983
- Magistraten
Vroom; Stol; Jansen; Linde, Van Der; Roelvink; Soest, Van
- Zaaknummer
21 149
- Noot
W.P. van Sikkelerus
- LJN
AW8860
- JCDI
JCDI:ADS201153:1
- Vakgebied(en)
Omzetbelasting / Algemeen
Belastingrecht algemeen / Algemeen
Inkomstenbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1983:AW8860, Uitspraak, Hoge Raad, 15‑06‑1983
ECLI:NL:PHR:1983:AW8860, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 15‑06‑1983
- Wetingang
Art. 29 AWR
Essentie
De sanctie van art. 29 AWR treedt niet in wanneer de onvolkomenheden in de administratie van zo weinig gewicht zijn, dat door die onvolkomenheden vorenbedoelde sanctie niet gerechtvaardigd is. Het geschil betreft de naheffingsaanslag o.b. 1975 t/m 1977.
Uitspraak
Vaststaat:
Belangh., ondernemer in de zin van de Wet OB'68 (hierna te noemen: de wet), exploiteert een zelfbedieningswinkel in uitsluitend kruidenierswaren.
Als dagelijkse administratie houdt belangh. in verband met de exploitatie van zijn winkel een doorschrijfkasboek bij. Eenmaal per week worden de kasmutaties volgens deze administratie overgenomen in een tabellarisch kasboek.
Naar aanleiding van een in zijn ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.