FED 1996/555
HR, 08-07-1996, nr. 30 878
HR 08-07-1996, ECLI:NL:HR:1996:AA1912
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
8 juli 1996
- Magistraten
Jansen, R.J.J.; Linde, van der; Bellaart; Moor, de; Putt-Lauwers, van der
- Zaaknummer
30 878
- LJN
AA1912
- Vakgebied(en)
Omzetbelasting / Algemeen
Fiscaal bestuursrecht / Algemene rechtsbeginselen en abbb
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1996:AA1912, Uitspraak, Hoge Raad, 08‑07‑1996
- Wetingang
Vertrouwensbeginsel; art. 17 Wet ARB; art. 22 en 23 Wet OB 1968; art. 98, 129 en 220 Algemene wet inzake de douane
Uitspraak
Belanghebbende, X BV, deed in de periode van 6 december 1990 t/m 8 februari 1991 in opdracht van A 24 maal een aangifte ten invoer van compact discs. Op de aangiften werd als geadresseerde vermeld B BV te Q. Op de aangiften werd het aan B BV krachtens art. 23, Wet OB 1968 jo. art. 18 Uitv.besch. OB 1968 toegekende codenummer vermeld. Dit had tot gevolg dat de ter zake van de invoer van de goederen verschuldigde omzetbelasting niet op de voet van art. 22, Wet OB 1968 van X BV werd geheven. Op 10 december 1990 is door ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.