V-N 2006/22.10:VENNOOTSCHAPSBELASTING; Eigen vermogen. Vreemd vermogen. Antwoord op vragen over onderscheid tussen eigen en vreemd vermogen in de vennootschapsbelasting

V-N 2006/22.10

VENNOOTSCHAPSBELASTING; Eigen vermogen. Vreemd vermogen. Antwoord op vragen over onderscheid tussen eigen en vreemd vermogen in de vennootschapsbelasting

Brief Staatssecretaris van Financiën van 18 april 2006, nr. DB2006/144U

Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.

De Staatssecretaris van Financiën heeft op 18 april 2006 geantwoord op vragen van het Tweede Kamerlid Van As (LPF) over het onderscheid tussen eigen en vreemd vermogen in de vennootschapsbelasting. De vragen zijn gesteld naar aanleiding van de uitspraak van de Hoge Raad van 25 november 2005, nr. 40 990, BNB 2006/82, V-N 2005/58.19.

De staatssecretaris heeft geantwoord dat de Hoge Raad in het desbetreffende arrest slechts heeft verduidelijkt onder welke omstandigheden een geldlening als een kapitaalverstrekking moet worden beschouwd, zodat voor de daarop genoten rente onder voorwaarden de deelnemingsvrijstelling geldt, ook als die rente ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.

Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.