FED 2004/331
HR, 11-06-2004, nr. 38 112
HR 11-06-2004, ECLI:NL:HR:2004:AF7816
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
11 juni 2004
- Zaaknummer
38 112
- LJN
AF7816
- Vakgebied(en)
Internationaal belastingrecht (V)
Internationaal belastingrecht / Voorkoming van dubbele belasting
Loonbelasting / Algemeen
Loonbelasting (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2004:AF7816, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 11‑06‑2004
ECLI:NL:HR:2004:AF7816, Uitspraak, Hoge Raad, 11‑06‑2004
- Wetingang
Art. 15, eerste en tweede lid Belastingverdrag Nederland-Verenigd Koninkrijk 1980; art. 18, art. 27, eerste lid, Belastingverdrag Nederland-Verenigd Koninkrijk 1980
Samenvatting
Onvoldoende gemotiveerd oordeel hof dat door belanghebbende ontvangen ontslagvergoeding niet in Nederland is belast.
Uitspraak
Volgens de Hoge Raad blijkt uit de uitspraak van Hof 's-Hertogenbosch niet of voldoende rekening is gehouden met de uitgangspunten die de Hoge Raad voor ogen staan bij de bepaling van het heffingsrecht ter zake van de door belanghebbende ontvangen ontslagvergoeding. De Hoge Raad formuleert die uitgangspunten en heeft verder een richtlijn gegeven ter bepaling van de verdeling van de heffingsbevoegdheid op basis van het arbeidsverleden. De Hoge Raad verwijst de zaak.
Belanghebbende, X, was van 16 mei 1976 tot 1 augustus 1998 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.