BNB 2008/281
Nieuw feit. Moest de Inspecteur in redelijkheid twijfelen aan de juistheid van de aangiften waarin voor het eerst winst uit onderneming werd aangegeven?
HR 07-12-2007, ECLI:NL:PHR:2007:BB3465, m.nt. E.B. Pechler
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
7 december 2007
- Magistraten
Berge, van den; Monné; Schaap; Tijnagel; Heisterkamp
- Zaaknummer
43 489
- Conclusie
A-G mr. Niessen
- Noot
E.B. Pechler
- LJN
BB3465
- JCDI
JCDI:ADS889425:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2007:BB3465, Uitspraak, Hoge Raad, 07‑12‑2007
ECLI:NL:PHR:2007:BB3465, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 07‑12‑2007
- Wetingang
Art. 16, eerste lid, AWR
Essentie
Nieuw feit. Moest de Inspecteur in redelijkheid twijfelen aan de juistheid van de aangiften waarin voor het eerst winst uit onderneming werd aangegeven?
Samenvatting
Belanghebbende heeft medio 1999 ontslag genomen uit zijn dienstbetrekking, en is voor zichzelf werkzaamheden gaan verrichten onder de bedrijfsnaam B. Hij heeft het bedrijf B per 15 juni 1999 als onderneming doen inschrijven in het handelsregister. Bij de aangiften van belanghebbende voor de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen over de jaren 1999, 2000 en 2001, verzorgd door een belastingadviseur, zijn de netto opbrengsten van het bedrijf B verantwoord als winst uit onderneming. Over alle drie de jaren ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.