FED 1994/276
Administratieve boetes op grond van art. 1729 § 1 van de Franse Code Général des Impôts vallen onder de werking van art. 6 EVRM. Gezien het grote aantal overtredingen waar deze boetes tegen zijn gericht, behoren de verdragstaten de vrijheid te hebben om hun belastingdienst administratieve boetes daarvoor te laten opleggen, ook indien deze tot een hoog bedrag oplopen. Voorwaarde is wel dat de belastingplichtige iedere administratieve boete die hem raakt, kan voorleggen aan een gerecht dat de waarborgen van art. 6 EVRM biedt. In dit geval geen inbreuk op art. 6 EVRM hoewel Bendenoun ondanks een verzoek daartoe geen inzage kreeg in het volledige dossier, nu dit verzoek onvoldoende onderbouwd was.
EHRM 24-02-1994, ECLI:NL:XX:1994:ZB5298, m.nt. M.W.C. Feteris
- Instantie
Europees Hof voor de Rechten van de Mens
- Datum
24 februari 1994
- Magistraten
Ryssdal; Gölcüklü; Pettiti; Macdonald; Martens; Foighel; Loizou; Lopes Rocha; Wildhaber
- Zaaknummer
3/1993/398/476
- Noot
M.W.C. Feteris
- LJN
ZB5298
- JCDI
JCDI:ADS213366:1
- Vakgebied(en)
Belastingrecht algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:XX:1994:ZB5298, Uitspraak, Europees Hof voor de Rechten van de Mens, 24‑02‑1994
- Wetingang
Essentie
Administratieve boetes op grond van art. 1729 § 1 van de Franse Code Général des Impôts vallen onder de werking van art. 6 EVRM. Gezien het grote aantal overtredingen waar deze boetes tegen zijn gericht, behoren de verdragstaten de vrijheid te hebben om hun belastingdienst administratieve boetes daarvoor te laten opleggen, ook indien deze tot een hoog bedrag oplopen. Voorwaarde is wel dat de belastingplichtige iedere administratieve boete die hem raakt, kan voorleggen aan een gerecht dat de waarborgen van art. 6 EVRM biedt. In dit geval geen inbreuk op art. 6 EVRM hoewel Bendenoun ondanks een verzoek daartoe ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.