Inhoudsopgave
WFR 2002/639:Inzake belastinglatenties en de Successiewet 1956
WFR 2002/639
Inzake belastinglatenties en de Successiewet 1956
Documentgegevens:
Prof. dr. T. Blokland , datum 01-01-2002
- Datum
01-01-2002
- Auteur
Prof. dr. T. Blokland 1
- JCDI
JCDI:ADS839849:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Schenk- en erfbelasting / Erfbelasting
Inkomstenbelasting / Algemeen
- Wetingang
art. 32 lid 1 SW 1956; art. 33 lid 1 SW 1956; art. 20 SW 1956; art. 35b SW 1956; art. 3:91 Wet IB 2001; art. 3:92 Wet IB 2001
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
De Successiewet 1956 kent beperkte voorzieningen tegen cumulatie van schenkingsrecht/successierecht en inkomstenbelasting.
De terbeschikkingstellingsregeling Inkomstenbelasting (art. 3.91 e.v. Wet IB 2001), door de Commissie-Moltmaker reeds in haar beschouwingen betrokken, alsmede de per 1 januari 2002 ingevoerde verzachtingsregeling Successiewet (art. 35b e.v. SW 1956), brengen ten deze een nieuwe dimensie aan.
Integrale en spoedige herziening van de voorzieningen lijkt meer dan wenselijk.
1. Inleiding
Aftrek van belastinglatenties in de Successiewet 1956 is geen onbekend punt. 2 Art. 20, vijfde en zesde lid, Successiewet 1956 geven een aftrek van 30% over de (F)OR en stamrechten, van 20% over stille en ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.