BNB 2003/196
Zaak Hoffmann. Vrijstelling voor culturele instellingen geldt ook voor individueel optredende solisten. Commerciële activiteiten mogen worden uitgesloten
HvJ EG 03-04-2003, ECLI:EU:C:2003:192, m.nt. M.E. van Hilten
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen
- Datum
3 april 2003
- Magistraten
Puissochet; Schintgen; Skouris; Macken; Cunha Rodrigues
- Zaaknummer
C-144/00
- Conclusie
A-G Geelhoed
- Noot
M.E. van Hilten
- LJN
AF7100
- JCDI
JCDI:ADS888618:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Europees belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:2003:192, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen, 03‑04‑2003
ECLI:EU:C:2002:654, Conclusie, Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen, 14‑11‑2002
- Wetingang
Art. 13, letter A, eerste lid, onderdeel n, tweede lid, Zesde BTW-Richtlijn
Essentie
Zaak Hoffmann. Vrijstelling voor culturele instellingen geldt ook voor individueel optredende solisten. Commerciële activiteiten mogen worden uitgesloten
Samenvatting
Belanghebbende, Hoffmann, heeft een tournee georganiseerd van drie grote tenoren. Over hun gages is geen BTW betaald, wat tot een strafrechtelijke vervolging van belanghebbende heeft geleid. Belanghebbende stelt dat de belastingvrijstelling voor culturele instellingen ook geldt voor solisten.
HvJ EG: Het beginsel van fiscale neutraliteit verzet zich ertegen dat individuele artiesten, wanneer het culturele karakter van hun diensten is erkend, niet op dezelfde wijze als culturele groepen kunnen worden gelijkgesteld met de in art. 13, letter A, eerste lid, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.