FED 1998/188
Art. 2, zevende lid, Wet Vpb. 1969: voor subjectieve vrijstelling van indirect overheidsbedrijf is geen (volledige) zeggenschap vereist van publiekrechtelijke rechtspersoon
HR 18-02-1998, ECLI:NL:PHR:1998:AA2451, m.nt. P.G.H. Albert
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
18 februari 1998
- Magistraten
Jansen, R.J.J.; Putt-Lauwers, van der; Brunschot, van; Meij; Vliet, van; Soest, van
- Zaaknummer
33 346
- Noot
P.G.H. Albert
- LJN
AA2451
- JCDI
JCDI:ADS227475:1
- Vakgebied(en)
Vennootschapsbelasting (V)
Vennootschapsbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1998:AA2451, Uitspraak, Hoge Raad, 18‑02‑1998
ECLI:NL:PHR:1998:AA2451, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 18‑02‑1998
- Wetingang
Art. 2 Wet Vpb. 1969
Essentie
Art. 2, zevende lid, Wet Vpb. 1969: voor subjectieve vrijstelling van indirect overheidsbedrijf is geen (volledige) zeggenschap vereist van publiekrechtelijke rechtspersoon
Uitspraak
Het geschil betrof de aanslag vennootschapsbelasting 1993/1994.
VASTSTAAT:
2.1 Belanghebbende (hierna ook: ACP) is opgericht bij notariële akte van 28 september 1993. Haar aandelen zijn geplaatst bij haar oprichtster, de te Haarlem gevestigde NV Ontwikkelingsmaatschappij Noord-Holland, waarvan alle aandelen worden gehouden door de Provincie Noord-Holland.
2.2 Belanghebbende heeft ingevolge artikel 2 van haar statuten ten doel:
'- het coördineren tussen aanbod en be- en verwerking van afvalstromen voor Noord-Holland;
- het deelnemen in, het financieren ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.