BNB 2004/181
Het Hof dient een compromis, waarmee partijen beoogden hun geschil definitief ten einde te brengen, te accepteren
HR 05-03-2004, ECLI:NL:HR:2004:AO5052, m.nt. J. van Soest
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
5 maart 2004
- Magistraten
Putt-Lauwers; Brunschot, van; Lourens; Bavinck; Berge, van den
- Zaaknummer
37 976
- Noot
J. van Soest
- LJN
AO5052
- JCDI
JCDI:ADS888740:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2004:AO5052, Uitspraak, Hoge Raad, 05‑03‑2004
- Wetingang
Essentie
Het Hof dient een compromis, waarmee partijen beoogden hun geschil definitief ten einde te brengen, te accepteren
Samenvatting
Tijdens de mondelinge behandeling van de zaak komen partijen tot overeenstemming over het geschil dat hen verdeeld hield. Het Hof kondigt aan schriftelijk uitspraak te zullen doen na ontvangst van een schriftelijke uitwerking van het compromis door partijen, waarin onder andere de hoogte van het belastbare inkomen en de toepassing van het bijzondere tarief is verwerkt. Bij brief delen partijen het Hof mee dat in 1993 een perceel grond tegen een bepaald bedrag per m2 naar privé wordt overgebracht en dat ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.