FED 1999/776
Omzetbelasting. Naast forfaitaire correctie privégebruik auto geen correctie ten aanzien van parkeerkosten van door werkgever aan personeel ter beschikking gestelde auto's.i Inspecteur terecht stelt dat een deel van de op de bouw van de parkeerplaatsen door belanghebbende, X BV, een ondernemer in de zin van art. 7 Wet OB 1968, betrekking hebbende omzetbelasting op grond van art. 1, lid 1, letter c, BUA jo art. 16 Wet OB 1968 van aftrek is uitgesloten en dat als gevolg daarvan een levering als bedoeld in art. 3, lid 1, letter h, Wet OB 1968 heeft plaatsgevonden
HR 15-12-1999, ECLI:NL:HR:1999:AA3848
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
15 december 1999
- Zaaknummer
35 138
- LJN
AA3848
- Vakgebied(en)
Omzetbelasting (V)
Omzetbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1999:AA3848, Uitspraak, Hoge Raad, 15‑12‑1999
- Wetingang
Art. 3, eerste lid, letter h, en art. 16 Wet OB 1968; art. 15 Uitv.besch. Wet OB 1968; art. 1, eerste lid, letter c, BUA OB 1968; art. 17, zesde lid, Zesde richtlijn
Essentie
Omzetbelasting. Naast forfaitaire correctie privégebruik auto geen correctie ten aanzien van parkeerkosten van door werkgever aan personeel ter beschikking gestelde auto's.i Inspecteur terecht stelt dat een deel van de op de bouw van de parkeerplaatsen door belanghebbende, X BV, een ondernemer in de zin van art. 7 Wet OB 1968, betrekking hebbende omzetbelasting op grond van art. 1, lid 1, letter c, BUA jo art. 16 Wet OB 1968 van aftrek is uitgesloten en dat als gevolg daarvan een levering als bedoeld in art. 3, lid 1, letter h, Wet OB 1968 heeft plaatsgevonden
Uitspraak
Op het beroep ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.