BNB 1997/271
Legesheffing door provincie van gemeente in verband met procedure op grond van art. 19 Wet op de Ruimtelijke Ordening is niet toegestaan
HR 11-06-1997, ECLI:NL:HR:1997:AA2174, m.nt. W.J.N.M. Snoijink
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
11 juni 1997
- Magistraten
Stoffer; Urlings; Zuurmond; Fleers; Beukenhorst
- Zaaknummer
31 253
- Noot
W.J.N.M. Snoijink
- LJN
AA2174
- JCDI
JCDI:ADS887781:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1997:AA2174, Uitspraak, Hoge Raad, 11‑06‑1997
- Wetingang
Art. 148 Provinciewet oud; Legesverordening Zuid-Holland 1989
Essentie
Legesheffing door provincie van gemeente in verband met procedure op grond van art. 19 Wet op de Ruimtelijke Ordening is niet toegestaan
Samenvatting
Ingevolge de provinciale legesverordening worden leges geheven van de gemeenten voor het behandelen van aanvragen tot het verkrijgen van verklaringen van geen bezwaar op grond van art. 19 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening.
HR: Het gaat hier om een machtiging die burgemeester en wethouders nodig hebben om een aan hen gevraagde vrijstelling te mogen verlenen. De werkzaamheden van Gedeputeerde Staten in verband met die machtiging dienen rechtstreeks en vooral het publieke belang. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.