HR, 07-05-1986, nr. 23 737

Documentgegevens:

HR 07-05-1986, ECLI:NL:HR:1986:BH6845, m.nt. J. Brunt

Instantie: Hoge Raad
Datum: 7 mei 1986
Magistraten: Dijk, Van; Vucht, Van; Vorm, Van Der; Verburgh; Baardman
Zaaknummer: 23 737
Noot: J. Brunt
LJN: BH6845
JCDI: JCDI:ADS886343:1
Vakgebied(en): Onbekend (V)
Fiscaal procesrecht / Algemeen
Belastingrecht algemeen / Algemeen
Inkomstenbelasting / Algemeen
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:1986:BH6845, Uitspraak, Hoge Raad, 07‑05‑1986
Wetingang: Artt. 7 en 18, lid 1, AWR; art. 42, lid 4, IB '64

Samenvatting

Aangifteplicht t.a.v. ,,autokostenfictie''. Niet vermelden van prive-gebruik voorwaardelijk opzet?

Ter uitoefening van zijn dienstbetrekking van vertegenwoordiger was aan belangh. door zijn werkgeefster een personenauto ter beschikking gesteld. Hij vermeldde zulks niet op zijn aangiftebiljet i.v.m. de vergoeding die hij voor prive-gebruik betaalde. De insp. stelde zich op het standpunt dat uit de officiele toelichting op het aangiftebiljet blijkt dat iedereen die mede prive-gebruik maakt van de door de werkgever ter beschikking gestelde personenauto verplicht is zulks in zijn aangifte te vermelden en dat aan belangh. opzet, althans grove schuld moet worden toegerekend nu hij deze verplichting niet is nagekomen. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.