WFR 1995/525
HR, 29-03-1995, nr. 30 327
HR 29-03-1995, ECLI:NL:HR:1995:AA1525
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
29 maart 1995
- Zaaknummer
30 327
- LJN
AA1525
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting / Algemeen
Vennootschapsbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1995:AA1525, Uitspraak, Hoge Raad, 29‑03‑1995
- Wetingang
art. 14 Wet IB 1964
Uitspraak
Belanghebbende, X BV, heeft als doel het ontwikkelen, begeleiden en laten uitvoeren van bouwprojecten. Zij bezat ultimo 1988 twee percelen grond, te weten perceel A met een boekwaarde van f 158 380 en perceel B met een boekwaarde van f 156 490. Aanvankelijk heeft X BV het perceel A bestemd voor de bouw van een eigen bedrijfspand, doch de bouw is achterwege gebleven doordat het perceel in 1989 is verkocht voor f 437 500. Vervolgens heeft X BV het perceel B bestemd voor de realisatie van voornoemd bedrijfspand. X BV heeft in haar aangifte vennootschapsbelasting 1989 de waarde van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.