FED 2006/10
Het recht op toegang tot een rechterlijke instantie mag niet onevenredig worden belemmerd door griffierecht
EHRM 26-07-2005, ECLI:NL:XX:2005:BI8933, m.nt. E. Thomas
- Instantie
Europees Hof voor de Rechten van de Mens
- Datum
26 juli 2005
- Magistraten
Nicolas Bratza; Casadevall; Maruste; Pavlovschi; Garlicki; Borrego Borrego
- Zaaknummer
39199/98
- Noot
E. Thomas
- LJN
BI8933
- JCDI
JCDI:ADS235122:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Europees belastingrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:XX:2005:BI8933, Uitspraak, Europees Hof voor de Rechten van de Mens, 26‑07‑2005
- Wetingang
Art. 6, eerste lid, EVRM ('right of access to a court')
Essentie
Het recht op toegang tot een rechterlijke instantie mag niet onevenredig worden belemmerd door griffierecht
Samenvatting
Het 'right of access to a court' is niet absoluut en mag door een lidstaat aan (financiële) beperkingen worden onderworpen. Deze beperkingen moeten een gerechtvaardigd doel ('legitimate aim') - bijvoorbeeld de garantie voor de proceskosten van de tegenpartij - nastreven en er moet proportionaliteit bestaan tussen het doel en de gekozen middelen.Deze proportionaliteit brengt mee dat rechterlijke instanties de mogelijkheid of de eiser het griffierecht ten gunste van de staat daadwerkelijk - al dan niet in termijnen - kan betalen, serieus moeten onderzoeken. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.