BNB 1997/374
Geruisloze inbreng; voortzetting onderneming
HR 29-08-1997, ECLI:NL:HR:1997:BI5791, m.nt. A.C. Rijkers
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
29 augustus 1997
- Magistraten
Jansen, R.J.J.; Linde, van der; Bellaart; Putt-Lauwers, van der; Brunschot, van
- Zaaknummer
31 597
- Conclusie
Plv. P-G mr. Van Soest
- Noot
A.C. Rijkers
- LJN
BI5791
- JCDI
JCDI:ADS171729:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Inkomstenbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1997:BI5791, Uitspraak, Hoge Raad, 29‑08‑1997
- Wetingang
Art. 18 Wet IB 1964
Essentie
Geruisloze inbreng; voortzetting onderneming
Samenvatting
Art. 18 Wet IB 1964 dient buiten toepassing te blijven in gevallen waarin de inbreng van de onderneming deel uitmaakt van een geheel van rechtshandelingen gericht op de overdracht of de liquidatie van de onderneming. De Inspecteur heeft in casu het verzoek om toepassing van genoemde bepaling terecht afgewezen.
Uitspraak
ARREST
gewezen op het beroep in cassatie van X te Z tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem van 21 september 1995 betreffende de hem voor het jaar 1990 opgelegde aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen.
1. Aanslag, bezwaar en geding ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.