BNB 1998/157
Schending hoorplicht. Terugverwijzing naar inspecteur. Vervangingsreserve
HR 25-03-1998, ECLI:NL:HR:1998:AA2470, m.nt. Van Leijenhorst
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
25 maart 1998
- Magistraten
Jansen; Bellaart; Putt-Lauwers, van der
- Zaaknummer
33 199
- Noot
Van Leijenhorst
- LJN
AA2470
- JCDI
JCDI:ADS171734:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Belastingrecht algemeen / Algemeen
Inkomstenbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1998:AA2470, Uitspraak, Hoge Raad, 25‑03‑1998
- Wetingang
Essentie
Schending hoorplicht. Terugverwijzing naar inspecteur. Vervangingsreserve
Samenvatting
1. Belanghebbende voerde bij het Hof aan dat hij in de bezwaarfase ten onrechte niet was gehoord. Het Hof ging aan de schending van dit vormvoorschrift voorbij, omdat belanghebbende niet was benadeeld.
HR: Schending van de in art. 7:2 neergelegde hoorplicht kan in geen geval ertoe leiden dat de zaak naar de inspecteur wordt terugverwezen om belanghebbende alsnog te horen, aangezien een gerechtshof niet de bevoegdheid tot zodanige terugverwijzing heeft. 's Hofs beslissing is, wat er zij van de gebezigde gronden, juist.
2. Belanghebbende heeft zijn landbouwonderneming verkocht; de overdrachtswinst ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.