V-N 2006/20.14
VENNOOTSCHAPSBELASTING. EUROPEES RECHT Deelnemingsvrijstelling. Beperking kostenaftrek in relatie met derde landen niet in strijd met EG-verdrag
HR 14-04-2006, ECLI:NL:PHR:2006:AV0834, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
14 april 2006
- Magistraten
Putt-Lauwers, van der; Brunschot, van; Vliet, van; Lourens; Bavinck
- Zaaknummer
41 815
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- LJN
AV0834
- JCDI
JCDI:ADS905185:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Vennootschapsbelasting / Algemeen
Europees belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2006:AV0834, Uitspraak, Hoge Raad, 14‑04‑2006
ECLI:NL:PHR:2006:AV0834, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 14‑04‑2006
- Wetingang
Art. 13, eerste lid (oud), Wet VPB 1969; art. 56 jo. art. 57, eerste lid, EG-verdrag
Essentie
VENNOOTSCHAPSBELASTING. EUROPEES RECHT Deelnemingsvrijstelling. Beperking kostenaftrek in relatie met derde landen niet in strijd met EG-verdrag
Samenvatting
Belanghebbende is een in Nederland gevestigde vennootschap met diverse in derde landen (waaronder Polen) gevestigde meerderheidsdeelnemingen. In 2000 en 2001 heeft belanghebbende de algemene kosten met betrekking tot deze deelnemingen in aftrek gebracht van de winst. De inspecteur heeft deze aftrek op grond van art. 13, eerste lid, (oud) Wet VPB 1969 geweigerd. In zijn uitspraak van 2 maart 2005, nr. 04/2310, V-N 2005/16.9, heeft Hof Amsterdam deze weigering bevestigd, omdat de "standstill"-bepaling van art. 57, eerste ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.