Uitlegging vaststellingsovereenkomst over afwikkeling debetstand

Documentgegevens:

HR 26-04-2000, ECLI:NL:HR:2000:AA5624, m.nt. J.W. Zwemmer

Instantie: Hoge Raad
Datum: 26 april 2000
Magistraten: Jansen, R.J.J.; Brunschot, van; Vliet, van; Amersfoort, van; Lourens
Zaaknummer: 35 361
Noot: J.W. Zwemmer
LJN: AA5624
JCDI: JCDI:ADS888290:1
Vakgebied(en): Onbekend (V)
Inkomstenbelasting / Algemeen
Vennootschapsbelasting / Algemeen
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:2000:AA5624, Uitspraak, Hoge Raad, 26‑04‑2000
Wetingang: Art. 24 Wet IB 1964 jo art. 10 Wet Vpb. 1969

Essentie

Samenvatting

X, tandarts, heeft zijn praktijk in 1983 ingebracht in een BV. In december 1993 sluiten X, de BV en de Inspecteur een vaststellingsovereenkomst over de fiscale behandeling van de debetstand in de rekening-courant tussen de BV en X van per ultimo 1993 ƒ 927 266. Overeengekomen wordt dat, indien de debetstand niet uiterlijk per 31 december 1994 zal zijn 'weggewerkt', het op die datum aanwezige debetsaldo zal worden aangemerkt als een uitdeling door de BV en tot het belastbare inkomen van X zal worden gerekend. Op 1 januari 1994 zijn X en de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.