BNB 1993/265
HR, 30-06-1993, nr. 28 345
HR 30-06-1993, ECLI:NL:HR:1993:ZC5394
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
30 juni 1993
- Magistraten
Stoffer; Wildeboer; Urlings; Herrmann; Fleers
- Zaaknummer
28 345
- LJN
ZC5394
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1993:ZC5394, Uitspraak, Hoge Raad, 30‑06‑1993
- Wetingang
Art. 273 gemeentewet; Verordening onroerend-goedbelastingen Grootegast
Samenvatting
Belanghebbende, eigenaar van een in 1979 aangelegde boorlocatie, alwaar bij een proefboring slechts een beperkte hoeveelheid aardgas aanwezig bleek te zijn en waar sedertdien geen enkele feitelijke werkzaamheid is verricht, is voor het jaar 1988 aangeslagen in de onroerend-goedbelasting ter zake van het feitelijke gebruik van genoemde onroerende zaak. Het Hof vernietigde de aanslag.
HR: 's Hofs oordeel dat niet kan worden gezegd dat belanghebbende de boorlocatie op de peildatum metterdaad bezigde, geeft niet blijk van een onjuiste rechtsopvatting.
Uitspraak
ARREST
gewezen op het beroep in cassatie van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Grootegast te Grootegast ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.