V-N 1995/492, 12
Inkomstenbelasting. Vennootschapsbelasting Foutenleer niet in strijd met de grondwet
HR 04-01-1995, ECLI:NL:PHR:1995:AA3051, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
4 januari 1995
- Magistraten
Jansen, R.J.J.; Linde, van der; Bellaart; Jansen, C.H.M.; Putt-Lauwers, van der; Soest, van
- Zaaknummer
29 422
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- LJN
AA3051
- JCDI
JCDI:ADS896796:1
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting / Algemeen
Vennootschapsbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1995:AA3051, Uitspraak, Hoge Raad, 04‑01‑1995
ECLI:NL:PHR:1995:AA3051, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 04‑01‑1995
- Wetingang
Essentie
Inkomstenbelasting. Vennootschapsbelasting Foutenleer niet in strijd met de grondwet
Samenvatting
Belanghebbende, X BV, verkoopt in 1980 haar fabriekscomplex in huurkoop. Bij de aanslagregeling 1981 heeft de inspecteur de contante waarde van de huurkoopvordering ten gunste van de winst gebracht. Door een fout is f 671 216 onbelast gebleven. In geschil is of de inspecteur dit bedrag in het oudste openstaande jaar, 1985, alsnog kan belasten.
De Hoge Raad overweegt:
Het is met art. 7 Wet IB 1964 niet verenigbaar om art. 9 Wet IB 1964 aldus toe te passen dat verkregen voordelen blijvend aan de belastingheffing worden onttrokken. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.