FED 1996/217
Winstdrainage. In Nederland gevestigde vennootschap verkrijgt na oprichting alle aandelen in eveneens in Nederland gevestigde vennootschap van haar Noorse moedervennootschap en blijft koopprijs rentedragend schuldig. Geen strijd met doel en strekking van de Wet Vpb. 1969 nu de door belanghebbende betaalde rente door de moedervennootschap moet worden aangewend ter voldoening van door haar aan de bank verschuldigde rente en de rentelast niet strekt ter verijdeling van belastingheffing over door de moedervennootschap behaalde winst.
HR 27-09-1995, ECLI:NL:HR:1995:AA1668, m.nt. S. van Weeghel
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
27 september 1995
- Magistraten
Linde, van der; Bellaart; Moor, de; Jansen, C.H.M.; Putt-Lauwers, van der
- Zaaknummer
30400
- Noot
S. van Weeghel
- LJN
AA1668
- JCDI
JCDI:ADS225401:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Fiscaal procesrecht / Algemeen
Fiscaal bestuursrecht / Algemeen
Belastingrecht algemeen / Algemeen
Vennootschapsbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1995:AA1668, Uitspraak, Hoge Raad, 27‑09‑1995
- Wetingang
Fraus legis, art. 15 Wet Vpb. 1969
Essentie
Winstdrainage. In Nederland gevestigde vennootschap verkrijgt na oprichting alle aandelen in eveneens in Nederland gevestigde vennootschap van haar Noorse moedervennootschap en blijft koopprijs rentedragend schuldig. Geen strijd met doel en strekking van de Wet Vpb. 1969 nu de door belanghebbende betaalde rente door de moedervennootschap moet worden aangewend ter voldoening van door haar aan de bank verschuldigde rente en de rentelast niet strekt ter verijdeling van belastingheffing over door de moedervennootschap behaalde winst.
Uitspraak
Het geschil betrof de aanslag vennootschapsbelasting 1985.
Vaststaat:
1.1. Belanghebbende is op 14 december 1984 opgericht door A AS, gevestigd te Q, een naar ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.