BNB 2004/367
Verlengde navorderingstermijn voor in het buitenland opgekomen inkomsten. Beheer van rekening vanuit buitenland is onvoldoende grond voor toepassing van de bepaling
HR 13-08-2004, ECLI:NL:HR:2004:AQ6911
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
13 augustus 2004
- Magistraten
Putt-Lauwers, van der; Brunschot, van; Lourens; Bavinck; Berge, van den
- Zaaknummer
39 287
- LJN
AQ6911
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2004:AQ6911, Uitspraak, Hoge Raad, 13‑08‑2004
- Wetingang
Art. 16, vierde lid, AWR
Essentie
Verlengde navorderingstermijn voor in het buitenland opgekomen inkomsten. Beheer van rekening vanuit buitenland is onvoldoende grond voor toepassing van de bepaling
Samenvatting
HR:De wetgever heeft bij het tot stand brengen van art. 16, vierde lid, AWR specifiek het oog gehad op inkomsten die in het buitenland zijn verkregen of op in Nederland verkregen inkomsten die naar een rekening in het buitenland zijn overgeboekt. Het enkele feit dat het beheer van een rekening vanuit het buitenland is geschied, is onvoldoende om de verlengde navorderingstermijn van toepassing te doen zijn.
Uitspraak
... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.