FED 1985/9
Belanghebbende kocht een hotel-cafe-restaurant annex bowlingcentrum dat hij in het daaropvolgende jaar verhuurde aan een BV waarvan hij directeur-enig aandeelhouder was. Drie jaar later nam belanghebbende het gehele bedrijf weer over van de BV. Ter zake van deze laatste levering trok belanghebbende de gefactureerde omzetbelasting af. Naheffingsaanslag gebaseerd op art. 31 Wet OB 1968 is terecht opgelegd. Niet meer kwijtschelding dan 75%.
HR 14-11-1984, ECLI:NL:HR:1984:AW8411
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
14 november 1984
- Magistraten
Vroom; Stol; Jansen; Linde, Van Der; Roelvink
- Zaaknummer
22 520
- LJN
AW8411
- Vakgebied(en)
Omzetbelasting / Algemeen
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1984:AW8411, Uitspraak, Hoge Raad, 14‑11‑1984
- Wetingang
Essentie
Belanghebbende kocht een hotel-cafe-restaurant annex bowlingcentrum dat hij in het daaropvolgende jaar verhuurde aan een BV waarvan hij directeur-enig aandeelhouder was. Drie jaar later nam belanghebbende het gehele bedrijf weer over van de BV. Ter zake van deze laatste levering trok belanghebbende de gefactureerde omzetbelasting af. Naheffingsaanslag gebaseerd op art. 31 Wet OB 1968 is terecht opgelegd. Niet meer kwijtschelding dan 75%.
Uitspraak
Aan belanghebbende is voor het tijdvak 1 januari 1978 tot en met 31 maart 1980 een naheffingsaanslag in de omzetbelasting opgelegd ten bedrage van f 163 082 aan enkelvoudige belasting en f 40 770 aan ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.