FED 1993/444
Na het uitspreken van het echtscheidingsvonnis worden de huwelijkse voorwaarden gewijzigd, waarbij de uitsluiting van iedere gemeenschap van goederen wordt omgezet in een algehele gemeenschap, waarin onder andere het woonhuis dat voordien in eigendom aan de man toebehoorde, komt te vallen. Na inschrijving van het echtscheidingsvonnis wordt de gemeenschap gedeeld waarbij de vrouw het woonhuis krijgt toebedeeld. HR: Er is sprake van boedelmenging en verdeling van een huwelijksgemeenschap, zodat de verkrijging van de vrouw onbelast is.
HR 14-04-1993, ECLI:NL:HR:1993:ZC5318, m.nt. J.S. Rijkels
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
14 april 1993
- Magistraten
Stoffer; Wildeboer; Urlings; Zuurmond; Herrmann; Moltmaker
- Zaaknummer
27 828
- Noot
J.S. Rijkels
- LJN
ZC5318
- JCDI
JCDI:ADS210206:1
- Vakgebied(en)
Belastingen van rechtsverkeer / Algemeen
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1993:ZC5318, Uitspraak, Hoge Raad, 14‑04‑1993
- Wetingang
Art. 3, aanhef en letters a en b, Wet BRV
Essentie
Na het uitspreken van het echtscheidingsvonnis worden de huwelijkse voorwaarden gewijzigd, waarbij de uitsluiting van iedere gemeenschap van goederen wordt omgezet in een algehele gemeenschap, waarin onder andere het woonhuis dat voordien in eigendom aan de man toebehoorde, komt te vallen. Na inschrijving van het echtscheidingsvonnis wordt de gemeenschap gedeeld waarbij de vrouw het woonhuis krijgt toebedeeld. HR: Er is sprake van boedelmenging en verdeling van een huwelijksgemeenschap, zodat de verkrijging van de vrouw onbelast is.
Uitspraak
Het geschil betrof een naheffingsaanslag overdrachtsbelasting 1988.
Vaststaat:
2.1. Belanghebbende, geboren in 1948 te Tilburg, en A, zijn in 1970 met ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.