Inhoudsopgave
V-N 2008/47.20:OMZETBELASTING. EUROPEES RECHT; Prejudiciële vragen over invulling verbondenheidsvoorwaarden fiscale eenheid voor de btw
V-N 2008/47.20
OMZETBELASTING. EUROPEES RECHT; Prejudiciële vragen over invulling verbondenheidsvoorwaarden fiscale eenheid voor de btw
Conclusie A-G Van Hilten, 29 juli 2008, nr. 43872
Documentgegevens:
Datum 29-07-2008
- Datum
29-07-2008
- Bronauteur
A-G Van Hilten
- JCDI
JCDI:ADS844666:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Omzetbelasting / Algemeen
Europees belastingrecht / Algemeen
- Wetingang
Art. 4 richtlijn 77/388/EEG (6e Rl); art. 7, lid 4, Wet OB 1968
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Stichting X en Stichting Y verrichten wederzijds prestaties aan elkaar. Zij berekenen daarbij echter geen btw. De inspecteur heft de zijns inziens ten onrechte niet afgedragen btw na. De Hoge Raad oordeelt in zijn arresten van 9 juni 2006, nr. 42426 en 42427 (V-N 2006/34.22) dat mogelijk een fiscale eenheid voor de btw bestaat tussen beide stichtingen, in welk geval de aanslagen ten onrechte zouden zijn opgelegd. Na verwijzing van de zaak naar Hof Arnhem is nog in geschil of tussen beide stichtingen sprake is van een financiële verwevenheid als bedoeld in art. 7, vierde lid ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.