BNB 1996/50
Geruisloze inbreng van veehouderij. Waarde in het economische verkeer van de landerijen. Vrije waarde en onderrentabiliteit.
HR 18-10-1995, ECLI:NL:HR:1995:AA1522, m.nt. R.E.C.M. Niessen
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
18 oktober 1995
- Magistraten
Jansen, R.J.J.; Linde, van der; Bellaart; Jansen, C.H.M.; Putt-Lauwers, van der
- Zaaknummer
30 642
- Noot
R.E.C.M. Niessen
- LJN
AA1522
- JCDI
JCDI:ADS887482:1
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1995:AA1522, Uitspraak, Hoge Raad, 18‑10‑1995
- Wetingang
Art. 18 Wet IB 1964
Essentie
Geruisloze inbreng van veehouderij. Waarde in het economische verkeer van de landerijen. Vrije waarde en onderrentabiliteit.
Uitspraak
ARREST
gewezen op het beroep in cassatie van de Staatssecretaris van Financiën tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Leeuwarden van 12 augustus 1994 betreffende de aan X te Z voor het jaar 1990 opgelegde aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen.
1. Aanslag en geding voor het Hof
Aan belanghebbende is voor het jaar 1990 een aanslag in de inkomstenbelasting opgelegd naar een belastbaar inkomen van f 2 543 611, waarvan f 2 137 255 belast naar het tarief van artikel 57, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.