Inhoudsopgave
WFR 2000/971:Is de buitenlandse belastingplicht van buitenlandse stichtingen discriminerend?
WFR 2000/971
Is de buitenlandse belastingplicht van buitenlandse stichtingen discriminerend?
Documentgegevens:
Mr. drs. F.M.B.K. Hoenjet en drs. R.J. van Schothorst , datum 01-01-2000
- Datum
01-01-2000
- Auteur
Mr. drs. F.M.B.K. Hoenjet en drs. R.J. van Schothorst 1
- JCDI
JCDI:ADS773917:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Vennootschapsbelasting / Algemeen
Europees belastingrecht / Algemeen
- Wetingang
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
I. Inleiding
In dit artikel wordt de belastingpositie besproken van een Duitse Stiftung (hierna: Stiftung) die in Nederlandse onroerende zaken investeert. De onroerende zaken worden verhuurd. Deze activiteit vormt fiscaalrechtelijk geen onderneming. De Stiftung drijft ook voor het overige geen onderneming. De Duitse rechtsvorm Stiftung lijkt sterk op de Nederlandse stichting. Zo is ook de Stiftung een rechtspersoon die zelfstandig vermogen kan houden, die geen leden of aandeelhouders heeft en waarvan in principe het enige wettelijke orgaan het bestuur is.
De inkomsten die de Stiftung uit de Nederlandse onroerende zaken geniet, leiden op grond van art. 3, onderdeel a ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.