BNB 1994/266
HR, 06-07-1994, nr. 29 851
HR 06-07-1994, ECLI:NL:HR:1994:ZC5710
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
6 juli 1994
- Magistraten
Stoffer; Wildeboer; Urlings; Zuurmond; Herrmann
- Zaaknummer
29 851
- LJN
ZC5710
- Vakgebied(en)
Loonbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1994:ZC5710, Uitspraak, Hoge Raad, 06‑07‑1994
- Wetingang
Art. 10 Wet LB 1964
Samenvatting
Een niet als loon aan te merken vergoeding van immateriële schade?
Belanghebbende heeft gesteld dat de hem bij beschikking van de Kantonrechter toegekende ,,immateriële vergoeding'' niet tot het loon behoort maar strekt tot betering van eer en goede naam. Het Hof heeft geoordeeld dat belanghebbende niet aannemelijk heeft gemaakt dat zijn eer en goede naam door zijn werkgeefster zijn aangetast.
HR: dat oordeel geeft geen inzicht in 's Hofs gedachtengang. Voor zover het Hof ervan mocht zijn uitgegaan dat van aantasting van eer en goede naam slechts sprake kan zijn geweest indien bij derden die eer en goede ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.