BNB 1997/5
ECRM, 06-03-1989, nr. 12 693/87
ECRM 06-03-1989, ECLI:NL:XX:1989:AV7790, m.nt. M.W.C. Feteris
- Instantie
Europese Commissie voor de Rechten van de Mens
- Datum
6 maart 1989
- Magistraten
N[?]rgaard; Frowein; Trechsel; Sperduti; Bussutil; Jörundsson; Gözbüyük; Weitzel Soyer; Schermers; Danelius; Batliner; Hall; Martinez; Rozakis; Liddy; Loucaides
- Zaaknummer
12 693/87
- Noot
M.W.C. Feteris
- LJN
AV7790
- JCDI
JCDI:ADS887619:1
- Vakgebied(en)
Invordering / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:XX:1989:AV7790, Uitspraak, Europese Commissie voor de Rechten van de Mens, 06‑03‑1989
- Wetingang
Art. 6, tweede lid, EVRM
Samenvatting
Een fiscale administratieve boete naar Zweeds recht moest al betaald worden, terwijl er nog een gerechtelijke procedure liep over de rechtmatigheid van die boete. Dit is niet in strijd met het vermoeden van onschuld van art. 6, tweede lid, EVRM. Er is immers nog geen definitief oordeel gegeven over de verschuldigdheid van de boete, die zal worden terugbetaald voor zover de uiteindelijke beslissing in het voordeel van de belastingplichtige is.
Uitspraak
As to the admissibility of Application No. 12693/87 by Evert Källander against Sweden,
The European Commission of Human Rights sitting in private on 6 March 1989
(...); ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.