V-N 1991/3133, 4
Algemene wet inzake rijksbelastingen Teruggaaf van loonbelasting geschiedt voor zover zij de materiele belastingschuld overtreft, ook wanneer de aanslag inkomstenbelasting wegens termijnoverschrijding wordt vernietigd. Wanneer de definitieve aanslag niet tijdig wordt opgelegd, dienen de voorlopige aanslagen wel volledig te worden teruggegeven
HR 16-10-1991, ECLI:NL:HR:1991:BH7959, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
16 oktober 1991
- Magistraten
Stoffer; Linde, Van Der; Mijnssen; Wildeboer; Urlings; Soest, Van
- Zaaknummer
26 416
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- LJN
BH7959
- JCDI
JCDI:ADS894514:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal procesrecht / Algemeen
Fiscaal bestuursrecht / Algemeen
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1991:BH7959, Uitspraak, Hoge Raad, 16‑10‑1991
ECLI:NL:PHR:1991:15, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 21‑03‑1991
- Wetingang
Essentie
Algemene wet inzake rijksbelastingen Teruggaaf van loonbelasting geschiedt voor zover zij de materiele belastingschuld overtreft, ook wanneer de aanslag inkomstenbelasting wegens termijnoverschrijding wordt vernietigd. Wanneer de definitieve aanslag niet tijdig wordt opgelegd, dienen de voorlopige aanslagen wel volledig te worden teruggegeven
Samenvatting
Aan belanghebbende, X, zijn voor het jaar 1981 twee voorlopige aanslagen inkomstenbelasting (IB) opgelegd. Voorts is van X loonbelasting ingehouden. De definitieve aanslag IB is vernietigd wegens overschrijding van de aanslagtermijn van art. 11, derde lid, AWR. In geschil is of op grond van art. 15, eerste lid, AWR verrekening of teruggaaf moet worden verleend van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.