FED 2005/17
Gehandhaafde verplichting tot rentevergoeding is schijn
HR 03-12-2004, ECLI:NL:HR:2004:AR6887, m.nt. H. Lohuis en R.A. Reigersman
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
3 december 2004
- Magistraten
Putt-Lauwers, van der; Brunschot, van; Lourens; Bavinck; Berge, van den
- Zaaknummer
40082
- Noot
H. Lohuis en R.A. Reigersman
- LJN
AR6887
- JCDI
JCDI:ADS235063:1
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting (V)
Vennootschapsbelasting (V)
Inkomstenbelasting / Algemeen
Vennootschapsbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2004:AR6887, Uitspraak, Hoge Raad, 03‑12‑2004
- Wetingang
Art. 8 Wet VPB 1969
Essentie
Gehandhaafde verplichting tot rentevergoeding is schijn
Uitspraak
Het geschil betrof de aanslag vennootschapsbelasting 1996.
OP HET BEROEPSCHRIFT IN CASSATIE VAN BELANGHEBBENDE OVERWEEGT DE HOGE RAAD:
3 Beoordeling van de middelen
3.1. Het Hof heeft geoordeeld dat goed koopmansgebruik met betrekking tot de aftrek van door een ondernemer schuldig geworden rente er toe noopt dat, in het geval van (rentedragend) bijgeschreven rente, de kans dient te worden geschat in hoeverre de tot hoofdsom geworden bijgeschreven rente zal worden afgelost. Het derde middel voert met juistheid aan dat dit oordeel uitgaat van een onjuiste rechtsopvatting. De omstandigheid dat een debiteur niet ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.