BNB 1998/267
Droge pluimveemest. Niet-jaarlijkse afvoer. Uitleg van tegemoetkomende regeling
HR 18-03-1998, ECLI:NL:HR:1998:AA2485, m.nt. R.H. Happé
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
18 maart 1998
- Magistraten
Wildeboer; Zuurmond; Pos; Beukenhorst; Monné
- Zaaknummer
31532
- Noot
R.H. Happé
- LJN
AA2485
- JCDI
JCDI:ADS887885:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1998:AA2485, Uitspraak, Hoge Raad, 18‑03‑1998
- Wetingang
Essentie
Droge pluimveemest. Niet-jaarlijkse afvoer. Uitleg van tegemoetkomende regeling
Samenvatting
Belanghebbende heeft op zijn bedrijf zes legstallen voor scharrelhennen. Omdat de legperiode per stal verschilt, eindigen elk jaar enige legperiodes. De mest wordt na zo'n periode afgevoerd.
HR: De door de Minister getroffen tegemoetkomende regeling voor ondernemers die de droge pluimveemest niet elk jaar afzetten, moet aldus worden uitgelegd dat zij geldt in alle gevallen waarin de in het desbetreffende jaar geproduceerde mest niet in hetzelfde jaar wordt afgezet.
Uitspraak
ARREST
gewezen op het beroep ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.