FED 1988/580
Op 21 december 1979 door dochtermij. aan moedermij. betaalbaar gesteld dividend waarvoor op 28 december 1979 uitstel van betaling werd gevraagd, dient per 31 december 1979 op de balans van de moedermij geactiveerd te worden. Dit zou slechts anders zijn in geval zodanige beletselen voor betaling zouden hebben bestaan dat alstoen onzeker moest worden geacht of betaling te eniger tijd plaats zou vinden.
HR 20-04-1988, ECLI:NL:HR:1988:ZC3804, m.nt. V. Maat
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
20 april 1988
- Magistraten
Royer; Jansen; Linde, Van Der; Baardman; Korthals Altes
- Zaaknummer
24 533
- Noot
V. Maat
- LJN
ZC3804
- JCDI
JCDI:ADS205646:1
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting / Algemeen
Vennootschapsbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1988:ZC3804, Uitspraak, Hoge Raad, 20‑04‑1988
- Wetingang
Essentie
Op 21 december 1979 door dochtermij. aan moedermij. betaalbaar gesteld dividend waarvoor op 28 december 1979 uitstel van betaling werd gevraagd, dient per 31 december 1979 op de balans van de moedermij geactiveerd te worden. Dit zou slechts anders zijn in geval zodanige beletselen voor betaling zouden hebben bestaan dat alstoen onzeker moest worden geacht of betaling te eniger tijd plaats zou vinden.
Uitspraak
Het geschil betrof de aanslag vennootschapsbelasting voor het jaar 1980.
Vaststaat:
Belanghebbende X te Z maakt deel uit van het concern van de A AG, gevestigd te P (Bondrepubliek Duitsland), en houdt alle aandelen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.