BNB 1993/343
HR, 15-09-1993, nr. 27 266
HR 15-09-1993, ECLI:NL:PHR:1993:BH8186, m.nt. P.J. Wattel
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
15 september 1993
- Magistraten
Jansen, R.J.J.; Linde, van der; Bellaart; Moor, de; Jansen, C.H.M.
- Zaaknummer
27 266
- Noot
P.J. Wattel
- LJN
BH8186
- JCDI
JCDI:ADS887160:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Dividendbelasting / Algemeen
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1993:BH8186, Uitspraak, Hoge Raad, 15‑09‑1993
ECLI:NL:PHR:1993:BH8186, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 15‑09‑1993
- Wetingang
Fraus legis; art. 7 Wet DB 1965
Samenvatting
Kasgeldconstructie. Holding BV is ter zake van de opbrengst van haar aandelen in dochter-BV - de werkmaatschappij - niet inhoudingsplichtig voor de dividendbelasting
Het echtpaar A was enig aandeelhouder in X BV. In 1982 zijn de aandelen overgedragen aan Holding BV, belanghebbende, waarvan A eveneens enig aandeelhouder was. X BV heeft in 1984 aan belanghebbende een dividend uitgekeerd van f 7 000 000. Terstond daarna heeft belanghebbende de aandelen in X BV overgedragen aan een in 1983 door A opgerichte zustervennootschap, waarna het vermogen van belanghebbende nog slechts bestond uit vorderingen en beleggingen. Ten slotte heeft A de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.