FED 1998/140
Verrekening omzetbelasting over deels belaste en deels onbelaste verhuurde onroerende zaken
HR 03-12-1997, ECLI:NL:HR:1997:AA3338, m.nt. G.M. van der Meer
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
3 december 1997
- Magistraten
Jansen, R.J.J.; Bellaart; Moor, de; Putt-Lauwers, van der; Vliet, van
- Zaaknummer
32778
- Noot
G.M. van der Meer
- LJN
AA3338
- JCDI
JCDI:ADS238720:1
- Vakgebied(en)
Omzetbelasting (V)
Omzetbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1997:AA3338, Uitspraak, Hoge Raad, 03‑12‑1997
- Wetingang
Art. 3 Wet OB 1968
Essentie
Verrekening omzetbelasting over deels belaste en deels onbelaste verhuurde onroerende zaken
Samenvatting
Een projectontwikkelaar heeft twee complexen gebouwd van winkels en woningen. De winkels worden belast verhuurd en de woningen vrijgesteld. Het voor aftrek in aanmerking komende gedeelte van de op grond van art. 3, eerste lid, onderdeel h, Wet OB 1968 verschuldigd geworden belasting dient op basis van het werkelijke gebruik te worden berekend, hetwelk dient te geschieden aan de hand van de verhuurde vierkante en/of kubieke meters.
Uitspraak
Het geschil betrof de naheffingsaanslag omzetbelasting over het tijdvak 1 januari 1986 tot en met 31 december 1988. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.