V-N 2001/32.18:PREMIEHEFFING Gemeenschappelijke huishouding. Gezamenlijk verblijf in hoofdwoning niet zonder meer voldoende voor gemeenschappelijke huishouding

V-N 2001/32.18

PREMIEHEFFING Gemeenschappelijke huishouding. Gezamenlijk verblijf in hoofdwoning niet zonder meer voldoende voor gemeenschappelijke huishouding

Documentgegevens:

HR 30-05-2001, ECLI:NL:HR:2001:AB1832, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws

Instantie: Hoge Raad
Datum: 30 mei 2001
Magistraten: Korthals Altes; Amersfoort, van; Bavinck
Zaaknummer: 371
Noot: Redactie Vakstudie Nieuws
LJN: AB1832
JCDI: JCDI:ADS246587:1
Vakgebied(en): Onbekend (V)
Premieheffing (V)
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:2001:AB1832, Uitspraak, Hoge Raad, 30‑05‑2001
Wetingang: Art. 8 EVRM; art. 5a ABW (oud); art. 44 ABW (oud)

Essentie

Samenvatting

Belanghebbende meende recht te hebben op een bijstandsuitkering omdat hij geen gemeenschappelijke huishouding zou voeren. In cassatie oordeelt de Hoge Raad dat het begrip gemeenschappelijke huishouding voor toetsing in cassatie openstaat indien daarbij tevens art. 8 EVRM een rol kan spelen, hoewel dit laatste artikel niet als zodanig is vermeld als bepaling ingevolge waarvan cassatie is opengesteld.

In casu is sprake van een gemeenschappelijke huishouding; het oordeel van de CRvB dat er reeds sprake is van een gezamenlijke huishouding indien er een ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.