V-N 1995/1192, 21
Milieuheffingen Waterverontreinigingsheffing. Begrip kosten begrepen in de heffing. Heffing zware metalen
HR 01-03-1995, ECLI:NL:HR:1995:AA3099, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
1 maart 1995
- Magistraten
Stoffer; Wildeboer; Zuurmond; Herrmann; Fleers
- Zaaknummer
28 866
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- LJN
AA3099
- JCDI
JCDI:ADS896951:1
- Vakgebied(en)
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1995:AA3099, Uitspraak, Hoge Raad, 01‑03‑1995
- Wetingang
art. 23 lid 1 letter a Wvo; art. 2 letter g Verordening zuiveringsheffing van de Provincie Utrecht
Essentie
Milieuheffingen Waterverontreinigingsheffing. Begrip kosten begrepen in de heffing. Heffing zware metalen
Uitspraak
Het geschil betreft een aanslag in de waterverontreinigingsheffing over het jaar 1987.
De hofuitspraak is van Hof Amsterdam, MK IV, 21 februari 1992, nr. 1233/91.
Belanghebbende, X BV, stelt dat haar ten onrechte een aanslag in de zuiveringsheffing van de Provincie Utrecht is opgelegd.
Hof Amsterdam stelt GS in het gelijk.
Op het beroep in cassatie van X BV overweegt de Hoge Raad: Noch uit de wetsgeschiedenis Wet VO, noch uit art. 23, eerste lid, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.