V-N 1998/40.6
ALGEMENE BEGINSELEN VAN BEHOORLIJK BESTUUR Regeling voor houders van een omvangrijk wagenpark leidt tot een verboden ongelijke behandeling. Rechter heft die ongelijke behandeling op
HR 17-08-1998, ECLI:NL:HR:1998:AA2286, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad (Belastingkamer)
- Datum
17 augustus 1998
- Magistraten
Jansen, R.J.J.; Bellaart; Brunschot, van; Meij; Vliet, van; Berge van den
- Zaaknummer
33078
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- LJN
AA2286
- JCDI
JCDI:ADS660402:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Fiscaal bestuursrecht / Algemene rechtsbeginselen en abbb
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1998:AA2286, Uitspraak, Hoge Raad, 17‑08‑1998
- Wetingang
Essentie
ALGEMENE BEGINSELEN VAN BEHOORLIJK BESTUUR Regeling voor houders van een omvangrijk wagenpark leidt tot een verboden ongelijke behandeling. Rechter heft die ongelijke behandeling op
Samenvatting
X is sinds 21 februari 1992 houder van een auto, waarvoor tot de Wet van 16 december 1993, Stb. 1993, 673 belasting moest worden betaald naar het tarief voor be stelauto's en sindsdien naar het tarief voor personenauto's. In geschil is of de heffing naar het tarief voor personenauto's tot een verboden ongelijke behandeling leidt nu de auto is ingericht op dezelfde wijze als de auto's waarvoor op grond van de regeling voor ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.