BNB 1991/243
HR, 05-06-1991, nr. 26 574
HR 05-06-1991, ECLI:NL:HR:1991:ZC4610, m.nt. L.F. Ploeger
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
5 juni 1991
- Magistraten
Jansen; Linde, Van Der; Baardman; Bellaart; Korthals Altes
- Zaaknummer
26 574
- Noot
L.F. Ploeger
- LJN
ZC4610
- JCDI
JCDI:ADS886836:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Omzetbelasting / Algemeen
Fiscaal procesrecht / Algemeen
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1991:ZC4610, Uitspraak, Hoge Raad, 05‑06‑1991
- Wetingang
(Art. 7, eerste lid, Wet OB 1968)
Samenvatting
Gezamenlijke exploitatie van speelautomaat. Zelfstandige bedrijfsuitoefening?
Belanghebbende, een BV, is eigenaresse van een groot aantal ,,flipperkasten'' en fruitautomaten. Zij exploiteert deze apparaten onder meer door middel van samenwerkingsovereenkomsten met cafe-houders en andere ondernemers.
De Inspecteur beschouwt een dergelijke overeenkomst als een overeenkomst van maatschap en heeft in het onderhavige geval een naheffingsaanslag in de omzetbelasting opgelegd aan de maatschap X BV en A.
Het Hof oordeelt dat het samenwerkingsverband ondernemer in de zin van de Wet OB 1968 was.
HR: de door het Hof vastgestelde feiten laten geen andere gevolgtrekking toe dan dat de exploitatie van de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.