BNB 2007/132
Zaak Denkavit. Ongeoorloofd onderscheid Franse dividendbelasting bij uitkering aan binnenlandse dan wel buitenlandse moedermaatschappij. Verrekening volgens belastingverdrag illusoir door deelnemingsvrijstelling
HvJ EG 14-12-2006, ECLI:EU:C:2006:783, m.nt. P.J. Wattel (Denkavit)
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen
- Datum
14 december 2006
- Magistraten
Jann; Lenaerts; Juhász; Schiemann; Levits
- Zaaknummer
C-170/05
- Noot
P.J. Wattel
- LJN
AZ6538
- Roepnaam
Denkavit
- JCDI
JCDI:ADS246581:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Europees belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:2006:783, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen, 14‑12‑2006
ECLI:EU:C:2006:266, Conclusie, Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen, 27‑04‑2006
- Wetingang
Essentie
Zaak Denkavit. Ongeoorloofd onderscheid Franse dividendbelasting bij uitkering aan binnenlandse dan wel buitenlandse moedermaatschappij. Verrekening volgens belastingverdrag illusoir door deelnemingsvrijstelling
Samenvatting
Franse werkmaatschappijen keren van 1987 tot 1989 (vóór de inwerkingtreding van de Moeder-dochterrichtlijn) dividenden uit aan hun moedermaatschappij in Nederland. Mede op grond van het Frans-Nederlandse belastingverdrag wordt daarover 5% dividendbelasting geheven. Bij dividenduitkering aan een in Frankrijk gevestigde moedermaatschappij is een nagenoeg volledige vrijstelling van bronbelasting van toepassing.
HvJ EG: Een dergelijk verschil in fiscale behandeling vormt een bij art. 43 en 48 EG verboden beperking van de vrijheid van vestiging. De vraag rijst echter ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.