FED 1999/92
Ingeval in een verzetschrift vragen zijn gesteld aan het hof over de juistheid van de beschikking van de voorzitter ex art. 18a Wet ARB behoort het gerechtshof belanghebbende op zijn verzet te horen
HR 22-07-1998, ECLI:NL:HR:1998:AA2364, m.nt. Ch.J. Langereis
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
22 juli 1998
- Magistraten
Fleers; Pos; Beukenhorst
- Zaaknummer
33746
- Noot
Ch.J. Langereis
- LJN
AA2364
- JCDI
JCDI:ADS229392:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Fiscaal procesrecht / Algemeen
Fiscaal procesrecht (V)
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1998:AA2364, Uitspraak, Hoge Raad, 22‑07‑1998
- Wetingang
Art. 18a Wet ARB
Essentie
Ingeval in een verzetschrift vragen zijn gesteld aan het hof over de juistheid van de beschikking van de voorzitter ex art. 18a Wet ARB behoort het gerechtshof belanghebbende op zijn verzet te horen
Uitspraak
Het geschil betrof een naheffingsaanslag parkeerbelasting (gemeente Leiden).
1 Beschikking en verzet
Belanghebbende is tegen de beschikking van de Voorzitter van de eerste meervoudige belastingkamer van dit Hof ('s-Gravenhage) van 19 november 1996 in verzet gekomen. Een afschrift van voormelde beschikking is op 29 november 1996 niet-aangetekend aan belanghebbende verzonden. Op 6 maart 1997 is wederom een afschrift van de beschikking aan belanghebbende toegezonden. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.