V-N 2006/21.8:INKOMSTENBELASTING Totaalwinst. Tenietgaan renteschuld als gevolg van legaat niet in ondernemingssfeer

V-N 2006/21.8

INKOMSTENBELASTING Totaalwinst. Tenietgaan renteschuld als gevolg van legaat niet in ondernemingssfeer

Documentgegevens:

HR 14-04-2006, ECLI:NL:HR:2006:AW1646, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws

Instantie: Hoge Raad
Datum: 14 april 2006
Magistraten: Brunschot, van; Vliet, van; Lourens; Bavinck; Berge, van den
Zaaknummer: 40 928
Noot: Redactie Vakstudie Nieuws
LJN: AW1646
JCDI: JCDI:ADS905169:1
Vakgebied(en): Onbekend (V)
Inkomstenbelasting / Algemeen
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:2006:AW1646, Uitspraak, Hoge Raad, 14‑04‑2006
Wetingang: Art. 7 en 9 Wet IB 1964

Essentie

Samenvatting

X drijft een transportonderneming in de vorm van een eenmanszaak. Tot het ondernemingsvermogen behoorde op 30 oktober 1999 een schuld aan A. Deze schuld bestond uit een hoofdsombestanddeel en een in 1999 door X toegevoegd rentebestanddeel over deze hoofdsom. A is op 30 oktober 1999 overleden. Bij uiterste wilsbeschikking heeft A aan X al hetgeen A op X te vorderen had, gelegateerd. X heeft het legaat in de privé-sfeer verkregen. De Hoge Raad oordeelt anders dan Hof Leeuwarden dat het tenietgaan van de renteschuld van belanghebbende, X, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.